
23 uur
Ze was geboren, onze prachtige dochter! We waren zo blij dat ze leefde, huilde en zelfs probeerde aan te happen om te drinken. Wat deed ze het toch knap, wat waren (en zijn!) we ongelofelijk trots. Het happen lukte haar wel, maar het drinken helaas niet. Ik voelde dat ze hiervoor niet genoeg kracht had… Dat was voor mij het moment dat ik wist dat we snel afscheid van Loïs zouden nemen…
Ongeveer een uur na de bevalling kwam de kinderarts langs om te kijken hoe het ging. Zij constateerde dat Loïs het moeilijk had, dus namen we met elkaar het besluit om haar morfine te geven. Snel hierna kreeg ze haar eerste beetje morfine in haar wangzakje. We merkten dat ze rustig werd en ze geen moeite meer had. Ondanks dat we wisten dat het afscheid eraan zou komen, konden we volop genieten van de tijd die we met haar hadden. Zeker nu ze ontspannen was.
Ook moesten de ‘gewone’ dingen gebeuren, zoals douchen bijvoorbeeld. Toen ik naar de douche gebracht werd, hoorde ik opeens die lieve Noah aan de andere kant van de hal. We hadden namelijk onze ouders en zwager gebeld, die op Noah pastte, om langs te komen, zodat ze Loïs konden zien. Toen ik Noah hoorde begon ik over mijn hele lijf te trillen, wat was ik blij om hem te horen! Na het douchen kwam Mathijs al kangoeroeënd met Loïs door de gang aanlopen. Wat een prachtig gezicht was dat! Toen ik de kamer werd ingereden op het bed, kwam Noah al aanlopen. Ik tilde hem op en zette hem bij mij op bed. Mathijs kwam achter mij aan lopen met Loïs en Noah ontmoette zijn zusje. De verpleegkundige, die ook bij de bevalling was, heeft dit gefilmd. Dit is Noah’s favoriete filmpje van Loïs die hij regelmatig wil kijken.
Het personeel was zo ontzettend lief en dachten allemaal heel goed met ons mee. Een verpleegkundige kwam op het prachtige idee om Loïs naast de morfine ook wat drupjes voeding te geven. Gelukkig had ik genoeg voeding en kon ik gemakkelijk wat in een cupje druppelen, zodat ze hieruit kon drinken. Blijkt maar weer wat een superfood dat colostrum is, want nadat ze hier iets van dronk, werd ze heel alert. Zo maakten we haar wakker en best actief mee, maar ook heeft ze zo heerlijk bij ons geslapen. Allemaal mooie momenten die we altijd zullen koesteren.
Dipjes
Die middag, ik denk ergens tussen 4 en 5 uur, kreeg Loïs haar eerste dip. Ze trok grauw weg en alles stopte. Deze eerste keer was ik er net niet bij, omdat ik in de badkamer was, maar gelukkig duurde hij maar kort. We denken dat het haar hartje was die niet goed werkte, of misschien de verbinding tussen hart en longen die niet goed was. In ieder geval waren we behoorlijk geschrokken en opgelucht dat ze weer bij was gekomen. ’s Avonds kwam dipje nummer 2 en nu was ik er wel bij. Het was echt schrikken als het gebeurde, want we waren steeds bang dat ze niet meer bij zou komen. Maar oh, dat kleine vechtertje wilde nog niet gaan…
Die avond heeft Loïs heel even in het wiegje van het ziekenhuis gelegen toen wij gingen eten. Daarna lag ze al gauw weer bij ons. Dan weer een poosje bij Mathijs en dan weer bij mij. Ze zou die nacht bij mij blijven liggen, heerlijk op mijn buik en borst. Rond 11 uur die avond begon ze zachtjes met haar voeten te trappelen en was ze lekker aan het bewegen. Ik moest lachen toen ik op de klok keek, want rond deze tijd was ze ook altijd wakker in mijn buik. Dan voelde ik haar getrappel en gedraai en dan legde ik mijn hand op mijn buik om zo contact te hebben met haar en van elkaar te genieten. ‘Gister zat je nu te trappelen en te draaien in mijn buik… en nu lig je óp mijn buik’, zei ik zachtjes tegen haar. Hierna kreeg ze ook nog de hik, iets wat ze ook vaak had in mijn buik. Mathijs wist eerst niet wat het was dat hij hoorde, want ze hikte heel zachtjes. Daarna hebben we hier ook samen van genoten, dat we dit nog mochten meemaken… Eigenlijk zo iets kleins, je baby die de hik heeft, maar voor ons was het heel bijzonder dat we dit nog mochten meemaken met haar. Soms hebben we het er nog over, dat lieve kleine hikje.
Een spannende nacht
Slapen deed ik eigenlijk niet echt, maar dit vond ik totaal niet erg. Ik dutte soms wat weg, maar bij bijna elke beweging of elk geluid zat ik naar Loïs te kijken om te zien hoe het met haar ging. Omdat ik toch heel even wilde slapen, legde ik haar in het wiegje en stopte haar goed in. Bij elk geluidje hing ik weer wakker boven de wieg. Ze maakte zulke lieve geluidjes, hele zachte piepjes. Alles aan haar was zacht, klein en fijntjes en daarmee ook alles wat ze deed of wat ze liet horen. Dit veranderde, want rond 5 uur/half 6 hoorde ik niks en keek ik weer naar haar. Tot mijn schrik zag ik een grauwe waas in het wiegje en ik riep Mathijs. We drukten gelijk op de bel, zodat de verpleegkundige zou komen. Loïs had haar 3e dip…
De verpleegkundige haalde haar voorzichtig uit haar wiegje en keek naar haar. Ze ging met haar op mijn bed zitten en Mathijs stond er naast. Vol spanning zaten we naar haar te kijken. Soms haalde ze opeens adem, maar ze bleef grauw. De verpleegkundige zei tegen ons dat ze niet wist of ze nog bij zou komen. We begonnen al half afscheid te nemen toen ze opeens weer kleur kreeg. Helemaal opgelucht, maar nog vol angst zaten we daar. Hierna begon Loïs te huilen, hard te huilen. Ze had een hoog en helder huiltje, maar duidelijk was dat ze ergens last van had. De kinderarts werd gebeld en kwam zo snel mogelijk naar ons toe. Hij gaf aan dat er misschien wat slijm in de weg zat, waardoor ze het benauwd kon hebben. We besloten met elkaar dat hij zou proberen om eventueel slijm via haar neusje uit te zuigen. Daar liep ik met haar in mijn armen door de gang, naar het kamertje dat achter de verloskamer zit, het kamertje waar je als ouders nooit wilt dat je kindje heen moet… Ze probeerden 3 keer om met een sonde slangetje te zuigen in haar neusje, maar veel kwam er niet uit. Loïs moest zó huilen en ik was bang dat ze dit niet zou overleven. Wat was het vreselijk om te moeten zien en horen dat ze het zwaar had… Hierna gingen we weer terug naar de kamer en keek de arts naar haar buikje. Deze was zacht, dus daar had ze gelukkig geen last van. Toen zagen ze dat het randje van haar broek wat om het navelklemmetje heen knelde, dus vouwden ze het randje om. Ik ging weer klaar liggen, zodat ons kleine meisje snel bij mij kon liggen. Wat een last viel er weg toen ze rustig werd! We dankten God dat ze nog bij ons was en we baden dat ze niet op zo’n manier zou overlijden… Dat, als het zover zou zijn, ze in rust gehaald mocht worden.
Een nieuwe dag
In het ziekenhuis hebben veel familieleden Loïs nog levend gezien. Na haar geboorte kwamen onze ouders en zwager met Noah. Later die avond kwamen nog een oom en tante van Loïs haar bewonderen. Deze ochtend kwamen er nog meer ooms en tantes. Iedereen wilde haar zien nu ze nog leefde, maar het was soms ook een beetje druk. Toch vond ik het fijn dat ze haar en ons zo konden zien, compleet. Noah was ook weer mee gekomen en hij ging lekker spelen in de kamer. Ik zat op mijn bed met Loïs in mijn armen. Mijn zwager en ik keken naar haar, terwijl ze op haar kleine speentje aan het sabbelen was. We hadden namelijk gevraagd of ze prematuren speentjes hadden, want mijn pink was eigenlijk te groot voor haar. Deze hadden ze gelukkig! Toen we daar zo zaten, voelde ik me onrustig en keek ik steeds met zorgen naar Loïs. Toch zag ze er goed uit en keek ze me aan. Mijn zwager zei opeens dat hij haar een beetje grauwig vond worden. Ik liep met haar naar het raam om in het daglicht haar kleurtje te bekijken. Toen ik daar stond, trok ze opeens weer grauw weg. Ik riep Mathijs weer en hij stuurde gelijk iedereen de kamer uit en drukte op de bel. De verpleegkundige kwam binnen (dezelfde verpleegkundige die ook bij de geboorte was). Loïs had haar vierde en laatste dipje…
Het is goed meisje, ga maar…
We gingen zitten met Loïs, voor de grote ramen. De verpleegkundige controleerde haar hartslag. Haar hartje klopte nog. Af en toe nam ze weer adem, waarna het weer even stil was. ‘Goed zo meisje’, zeiden we tegen haar als ze weer adem haalde. Omdat ze hiervoor elke keer toch weer bijkwam, voelde het alsof we daarop aan het wachten waren. Toen ik dit ook zei, voelde ik daarna dat het dit keer anders zou zijn…’Blijf maar tegen haar praten’, zei de verpleegkundige. We bleven haar aanmoedigen, maar dit ging langzaam over in afscheid nemen. ‘Je hebt het zo goed gedaan’, ‘We zijn zó trots op jou!’, ‘We houden zoveel van je…’. Ondertussen hield ik haar hartje in de gaten, omdat ik het kloppen bij haar keeltje zag. Toen zag ik dat haar hartje langzamer ging kloppen en op dat moment voelde ik het… Ze werd bijna gehaald. Ik wist het, en ik wilde tegen haar zeggen dat ze opgehaald werd, maar ik kon het niet… Wat nou als ze toch…? Ze probeerde nog een keer te ademen, maar ik hoorde dat het niet lukte. Een blauw randje verscheen bij haar mondje…
Woorden uit liefde en met de diepste pijn gesproken, door een moeder die haar dochter rust gunde, maar ook nieuw leven zonder moeite of pijn. Een dochter die zo graag wilde blijven, maar het niet kon. Die gevochten had om even bij haar ouders en broer te zijn. Een meisje, waarvoor Iemand klaar stond om haar op te halen en mee te nemen. Naar een plaats waar wij niet kunnen komen, maar waarvan wij weten dat ze het niet beter kan hebben. Een meisje wat niet eerder mee ging, totdat haar moeder zei: ‘Het is goed meisje, ga maar…’. En ze ging…